zaterdag 4 oktober 2014

Corfu – Sicilië

Maandag 22 september wordt de motor en keerkoppeling nog een keer getest en gaan we op pad naar Kassiopi. Door de stijvere trillingdempers is het geluid van de motor anders, we moeten er nog aan wennen en hebben er nog niet helemaal een goed vertrouwen in.  In het haventje van Kassiopi is niet veel plaats, we vinden gelukkig nog een plekje. Er liggen hier meerdere jachten die van plan zijn naar Italië over te steken.





Volgens de weersvoorspellingen zou woensdag een goede dag zijn om over te steken richting Crotone, in de hak van de laars, maar later zijn de weersvoorspellingen niet goed meer en moeten we zelfs dinsdagochtend de haven van Kassiopi verlaten omdat bij de verwachte wind de haven niet meer veilig is. Iedereen vertrekt en wij gaan met een harde wind terug naar Gouvia, waar we net buiten de haven ankeren in de baai van Kammeno. Het is bij noordenwind een goed beschutte ankerplek, maar ook hier kunnen we niet lang blijven omdat de volgende dag de wind draait. We varen naar Corfu stad waar een goede ankerplek is, daar ontmoeten we Chris en Sandra van de Deep Blue, die we kennen van Marina di Ragusa. Er ligt ook nog een groot motorjacht met een helikopter aan boord die de eigenaar naar het vliegveld brengt. Even later zien we een privé-jet opstijgen in dezelfde kleur als de helikopter. In Corfu stad vieren we Jacqueline haar verjaardag. We shoppen in de stad en kopen een nieuwe zonnebril, lunchen en hebben eind van de middag een borrel aan boord samen met Chris en Sandra.






Zaterdag 27 september zeilen  we naar de Sivota eilanden en de volgende ochtend vertrekken we om in een keer naar Siracusa op Sicilië te zeilen. De weersvoorspelling is goed en het belooft een mooie tocht te worden. Helaas blijft de wind uit en moeten we de hele reis de motor gebruiken onder een bokkige zee. We worden de eerste 36 uur heen en weer gegooid en even iets te eten maken of naar het toilet is een hele tour. De maan zakt na een paar uurtjes onder en de sterrenhemel is prachtig. ´s-Nachts draaien we wachtjes van twee uur, er is weinig scheepvaart en het valt niet mee om wakker te blijven tijdens de wacht. Gelukkig hoeven we niet te sturen, de stuurautomaat is een uitkomst. Een grote groep dolfijnen kruist onze koers en Jacqueline ziet nog een schildpad. De Italiaanse gastenvlag gaat in het want en na 56 uur komen we aan in Siracusa met 286 mijl op het log.




Het is de derde keer dat we in Siracusa zijn. Een leuke stad met elke dag een versmarkt, nauwe straatjes, mooie balkonnetjes en op het Piazza del Duomo de schitterende Dom van Siracusa.








Op Sicilië is het lekkerste ijs, dat gaat er bij Wim wel in.



We blijven niet lang in Siracusa omdat het weer onbestendig is en we willen zo snel mogelijk naar onze winterbestemming. We vertrekken naar de zuidoostpunt van Sicilië, naar de vissershaven Porto Palo. Onderweg worden we overvallen door een stevige bui, de wind draait tegen en trekt aan. We zetten een rif in het grootzeil. Na een tijdje wordt de lucht steeds donkerder en trekt de wind verder aan tot ruim veertig knopen. We  houden het niet droog door het buiswater en de regen, het gangboord staat regelmatig vol met water. De kluiver reven we half weg en we zetten een tweede rif  in het grootzeil. Eenmaal bij Porto Palo is het gelukkig weer rustig geworden en vinden we een goede ankerplek in de haven die geheel open ligt naar het zuiden.


3 oktober komen we aan in Marina di Ragusa. We worden hartelijk ontvangen en na twee jaar herkent het havenpersoneel ons nog, ook zien we veel bekende gezichten van zeilers die hier al een paar jaar overwinteren. Voor ons zit dit vaarseizoen er weer op na 87 reizen en 1963 mijlen. We hebben genoten van Turkije en Griekenland. 

zondag 21 september 2014

Lefkas – Corfu

8 september verlaten we Vlikho Bay en varen naar Lefkada, de hoofdstad van het eiland Lefkas. Via een smal kanaal dat langs ondiepe zoutmeren loopt bereiken we de stad. Halverwege het kanaal is een Duitse solozeiler vastgelopen, na twee pogingen trekken we hem los. Tijdens het overgooien van een lijn stoot Jacqueline haar teen, met een gescheurde nagel en bloedende teen als gevolg. De Duitser roept ons na en bedankt ons, maar wij zijn even druk met pleisters. In Lefkada vinden we een plekje aan de stadskade. De stad is levendig en vanaf de stadskade is het maar een klein eindje lopen naar de winkels. We vinden het een gezellig plekje en blijven hier 5 dagen.


Aan het einde van het kanaal passeren we de typische brug, eigenlijk is het een ponton. Eenmaal om de zandbank die bij de ingang van het kanaal ligt zijn we weer op open zee.





Port Gaios op het eiland Paxos is bereikbaar via een smalle doorgang. Als we de haven naderen vertrekt er net een rondvaartboot en moeten we even stoppen. De keerkoppeling weigert, maar pakt gelukkig later weer. Het is al eerder gebeurd en af en toe maakt de keerkoppeling een rammelend geluid.

In Port Gaios staan mooie gebouwen en het is een leuk haventje dat door veel dagjesmensen wordt bezocht.

Port Gaios, links vd lantaarnpaal ligt de Zephyr



smiley face 


We willen vanuit Paxos in een keer oversteken naar Sicilië, een lange tocht van 2 nachten door. Wim controleert een dag van te voren de motor en ziet dat de elleboogverbinding van de motor met de uitlaat water lekt. Tesamen met de problemen van de keerkoppeling besluiten we niet over te steken naar Sicilië en varen we door naar Gouvia Marina op het eiland Corfu. Van andere zeilers hebben we gehoord dat hier een goede monteur zit die Nederlands spreekt.  De keerkoppeling wordt uitgebouwd en de schijven worden vervangen. De uitlaat, de elleboogverbinding en de achterste motorsteunen worden eveneens vervangen. Na 5 dagen is alles gereed. Al met al een dure reparatie, maar na jaren zonder noemenswaardige kosten zijn wij deze keer aan de beurt.   

monteur brengt gereviseerde keerkoppeling,
 op de achtergrond de Trident superjacht gebouwd in Nederland

Helaas is het goede weer om over te steken naar Sicilië aan ons voorbij gegaan en moeten we nu weer een goed moment afwachten om de oversteek te wagen.



zondag 7 september 2014

Ionische eilanden

Na Spartakhori ankeren we in Abelike Bay, met twee lijnen naar de kant. Het is heerlijk zwemwater hier.  Er zijn alleen ontzettend veel wespen die behoorlijk lastig zijn. We meppen ze zoveel mogelijk van ons af, maar Jacqueline wordt gestoken in haar nek. In de baai zijn twee restaurantjes en voor de boodschappen lopen we in 10 minuten naar Vathi. Bij het restaurant staat een aankondiging dat er ´s-avonds live muziek is. Wij gaan om een uur of negen naar het restaurant, de muziekanten zijn er al en testen de de apparatuur. Na het testen gaan ze eten en wachten wij samen met een heleboel anderen geduldig op de muziek. Een deel van de tafels van het restaurant is leeg en is gereserveerd. Om elf uur komen dan eindelijk de Grieken en begint de muziek, die tot in de vroege ochtend door gaat. Voor ons te laat, wij ´genieten´ van de muziek vanuit ons bed.



Vorig jaar hebben we de Ionische eilanden uitgebreid verkend en we doen de leukste plekjes nog eens dunnetjes over. Vanuit Abelike Bay varen we naar Ithaka, eerst naar Frikes en daarna naar Kioni. Frikes is geen goede haven, de golven van de voorbijkomende ferries die van Italië naar Patras varen met een snelheid van 30 knopen veroorzaken gevaarlijke golven in de haven. Wij meren het schip dan ook een behoorlijk eind van de kade om schade te voorkomen. De volgende ochtend gaan we maar gelijk door naar Kioni. We zijn lekker vroeg en vinden nog een plekje aan de kade. Het is nog steeds erg warm, we doen gelijk de zonnetent erop en nemen een frisse duik in het water. Kioni is een gezellig plaatsje, ´s avonds eten we bij onze favoriet van vorig jaar, restaurant Mills.

die blauwe is van ons


De groenteman



We varen om de zuidpunt van het eiland Ithaka naar Sami, dat op het eiland Kefalonia ligt. Sami is een goed beschutte haven en een prima plek om de boot te bevoorraden. We halen een nieuwe gasfles en vullen de watertanks. George komt met de dieselwagen langs om de tank af te vullen. Een klein stukje verderop ligt Eufimia waar we vroeg willen zijn. Er staat ´s-middags in de haven altijd een stevige dwarswind en dan is het lastig aanleggen. George, de havenmeester, kent ons nog van vorig jaar en komt een praatje maken. De andere ochtend bij het wegvaren weer het nodige gedoe met ankers en kettingen over elkaar, maar uiteindelijk komen we nog vlot weg. Via Kalo Limeni arriveren we in Fiskardo, het ponton waar we vorig jaar afmeerden is weg waardoor er weinig ligplaatsen zijn. We vinden een plekje voor de restaurants en moeten ons tussen het terras doorwringen om aan de kant te komen. De tafeltjes staan tot op het randje van de kade. Ook hier weer een hoop gekruiste ankerkettingen. De kade maakt op deze plek net een knik, dus iedereen laat zijn anker op ongeveer dezelfde plek vallen. Als de buren weg willen gaan zitten ze vast aan een andere ketting. Wim gaat helpen met de bijboot. Als we zelf ankerop gaan hebben we een soort breiwerkje met drie ankers, na een kwartiertje stoeien met lijnen zijn we weer los.

afgemeerd aan het terras



Vanuit Fiskardo varen we naar Nidri en ankeren in Tranquil Bay. Het is een drukke ankerplek, iedereen ligt vrij dicht bij elkaar en er liggen ook nog een paar wrakken. Dinsdagochtend barst de hel los. We worden wakker van een hevig onweer wat komt opzetten. Er zijn plotseling hele harde windstoten en we krijgen slagregen over ons heen. Wim spurt in pyama uit bed en is binnen 2 seconden doorweekt. Geen tijd om wat aan of uit te trekken, Jacqueline start gelijk de motor en haalt wat ankerketting op. Met moeite houden we het schip vrij van andere schepen. Het is alsof de brandweer op Wim staat te spuiten, hij hapt naar adem en heeft het gevoel te verzuipen achter het roer, zo hard regent het. Na de ergste bui gaan we anker op en ankeren opnieuw in Vlikho Bay waar wat meer ruimte is.





In Nidri laten we de buitenboordmotor nog een keer nakijken want hij valt steeds stil. Na een nieuwe bougie en schoonmaken van de carbarateur loopt hij weer als een zonnetje. Onze oude plastimo bijboot begint te plakken en loopt langzaam leeg, gelukkig hebben we een reserve bijboot aan boord, een Lodestar, wel wat kleiner maar het bootje vaart beter door de V-bodem. Ondertussen zijn we al weer een week in Nidri, het weer is van slag, er is veel regen en onweer, maar gelukkig minder heet. We liggen hier prima en Jacqueline is zelfs weer aan het aquarelleren geslagen.





donderdag 21 augustus 2014

Itéa – Meganisi

Zondag 10 augustus verlaten we de haven van Itéa, verder de baai van Corinthe uit. Voor het vasteland liggen een paar eilandjes waaronder het eiland Trizonia. Op dit kleine eilandje, zo groot als Ameland is een grote jachthaven aangelegd die populair is bij cruisers. Ook deze haven is nooit afgemaakt, geen water en electra. Wij vinden nog net een plekje aan de kade. Midden in de haven ligt een tweemaster die gezonken is, het wrak ligt er al enige jaren.



De volgende haven is Náfpaktos, het is maar de vraag of hier ruimte is voor ons schip. Het haventje heeft slechts een doorsnee van 50 meter, maar we zijn vroeg en vinden nog een plekje in de ommuurde Middeleeuwse haven onder het Venetiaanse fort.




In de haven is geen zuchtje wind en de temperatuur loopt op naar 41 graden, we vluchten naar het plein onder een oude plantaan voor wat schaduw en een ijskoffie. Daarna gaan we naar het strand en zoeken verkoeling in de zee. Náfpaktos is een druk stadje en badplaats met voornamelijk Griekse toeristen, rond de haven zijn veel bars dus ´s nachts moeten de oordoppen in om te kunnen slapen.




Vanaf de haven van Náfpaktos zien we de hoge Rio Antirio brug al liggen. Het is de langste hangbrug van de wereld, 2252 meter lang, vier pilaren en een hoogte van 25 tot 45 meter. Wij kunnen er met gemak onderdoor. 5 mijl voor de brug moeten we ons melden via de marifoon en 1 mijl tevoren nog een keer, waarna we toestemming krijgen door een van de drie navigatiekanalen onder de brug door te varen.





Eenmaal door de brug zijn we in de golf van Patras, de grote stad Patras laten we links liggen en varen richting Mesolonghi. Mesolinghi is bereikbaar via een lang smal kanaal dat door zoutmoerassen loopt.  Eenmaal in het kanaal komt de hete landwind je al tegemoet. Er staan hier oude visserswoningen die op palen zijn gebouwd, de meeste van die woningen doen nu dienst als vakantiewoningen. Het geheel ziet er wat rommelig uit.  In de haven van Mesolonghi zwemmen twee grote schildpadden. We zoeken verkoeling in het water, maar het groene water is vies warm.






Na twee dagen Mesolonghi gaan we verder langs de uitgebreide zoutmoerassen op weg naar het eiland Petalias, waar een goed beschutte ankerplek is. Onderweg ligt de zee zo glad als een spiegel.





We hebben afgesproken met de bemanning van Que Sera op het eiland Kalamos. Rik en Aleid wachten ons op en pakken onze meerlijnen aan.




Ze willen wat foto´s en filmpjes van hun schip. Onderweg naar Port Atheni op het eiland Meganisi maken we een fotoreportage over en weer.





Op Meganisi maken we een leuke wandeling naar Vathi en Katomeri. We varen samen nog naar het haventje van Spartakhori waarna we afscheid van elkaar nemen. Wij blijven nog even op Meganisi met haar mooie ankerbaaien.