zaterdag 28 juni 2014

Lesbos - Limnos

19 juni vertrekken we vanaf Chios voor de 30 mijl naar Lesbos. Na een uurtje varen trekt de wind aan en kunnen we zeilen. We gaan heerlijk met een vrij constante W-NW wind van rond de 16 knopen. Het eiland Lesbos komt pas laat in zicht door de bewolking die rond het eiland hangt. In de haven van Plomárion vinden we een plaatsje langszij de kade. ´s Avonds trekt een stevige onweersbui over met 44 knopen wind en zijn we blij dat we niet achter ons anker liggen.



Rondom de haven in Plomárion zijn de taverna´s en nauwe straatjes met allerlei kleine winkeltjes en is het een levendig gebeuren. Af en toe maakt iemand een praatje die langs ons schip loopt, waaronder diverse Nederlanders die hier op vakantie zijn. Standaardvraag is hoe lang we er over gedaan hebben om vanuit Nederland hier te komen.
Het eiland Lesbos (de Grieken noemen het Mitilini, naar de hoofdstad) heeft twee diepe baaien, we varen naar Kolpos Yaras en ankeren bij het plaatsje Skala Loutra. Er is een werfje met oude houten vissersschepen op de helling en een oude olijfoliefabriek die omgebouwd is tot hotel. 




De volgende ochtend varen we verder naar de hoofdstad Mitilini. We meren af aan de stadskade. Mitilini is een drukke Griekse stad en het verkeer perst zich door de stad en om de haven heen. Het is een hele drukte en hels kabaal wat bijna 24 uur doorgaat. Je vraagt je af waar iedereen zo nodig naar toe moet. Rondom de haven staan mooie panden en herenhuizen en een grote kerk. In de nauwe straatjes zijn veel winkeltjes en is het gezellig. In een van de mooie panden is een Grand Café en daar gaan we koffie drinken. Boven de stad prijkt een groot kasteel, een van de grootste forten van het Middellandse Zeegebied. We lopen er naar toe, maar helaas is het op maandag gesloten, dus bekijken we het vanaf het water. Op een terrrasje kunnen we voetbal kijken want na 2 overwinningen, die we helaas niet gezien hebben, willen we toch wel graag Nederland zien spelen.





We laten de drukke stad achter ons en varen verder om Lesbos heen, volgens de pilot is het goed ankeren in een baaitje voor het strand van Tsonia. De wind is tegen en tunnelt tussen het eiland en de Turkse kust tot 28 knopen. Er is ook veel scheepvaart waar we voor uit moeten kijken. We kruisen naar boven en na een moeizame 7,5 uur laten we ons anker voor het strand vallen. Om half drie in de nacht worden we wakker, de wind is gedraaid uit het oosten en we liggen te rollen op de golven. Het anker houdt het wel en we proberen nog wat te slapen tot het licht is en vertrekken brak naar de volgende haven. In de haven van Molivos vinden we een goede plek, anker uit en achteruit naar de kade.


Molivos is een erg leuk middeleeuws stadje dat mooi is gerestaureerd. Het is een vestingstadje en de huizen aan de zeekant hebben mooie balkons en hangende erkers. Sommige straatjes zijn helemaal overdekt met groen zodat je lekker in de schaduw loopt. Er zijn hier veel toeristen en na een bezoekje aan de bovenstad doen we ons tegoed aan een koud drankje bij een beachbar. We hebben onze zwemspullen bij en nemen nog een frisse duik en relaxen op een strandbedje onder een parasol. Het lijkt wel vakantie.





26 juni staan we vroeg op en vertrekken om 6 uur naar Limnos, een tocht van 61 mijl. Er staat een stevige wind en er komt steeds een knoopje bij. We varen een ruime koers en gaan hard, 6 tot 7 knopen met uitschieters naar 8 maar er moet echt een rif in het grootzeil om een beetje bestuurbaar te blijven. Een paar uur later kan het rif er weer uit en blijven we nog steeds goede voortgang maken. Er staat een redelijke zeegang en de golven komen dwars in wat het niet bepaald comfortabel maakt aan boord. Na ruim 10 uur zeilen arriveren we in Moundrou. De baai van Moudros is een grote natuurlijke haven. In de Balkanoorlog in 1912 heeft hier een grote zeeslag plaatsgevonden en veroverden de Grieken de haven op het Ottomaanse leger. Door de ligging nabij de zeestraat de Dardanelles, de toegang tot de Zwarte zee, is Limnos nog steeds een strategisch eiland waar veel militairen geplaatst zijn.




We vinden een plekje langszij een pier in de goed beschutte haven. Het is erg warm, 37 graden, bewolkt en vochtig.



We blijven hier even hangen want het weer verandert. Er komt de komende dagen een harde Meltemi over ons heen met een windkracht van 8 Beaufort, maar we liggen hier veilig in de haven waar alle voorzieningen voorhanden zijn. Hier kunnen we hopelijk de voetbalwedstrijd tegen Mexico bekijken op het terras van een taverna, onder het genot van een Griekse salade, tsatsiki en een souvlaki, wat wil een mens nog meer? Wij gaan voor 2-0 voor Nederland.






vrijdag 20 juni 2014

Lipsi - Chios

8 juni  vertrekken we uit Lipsi naar het eiland Arki. Het is maar 8 mijl varen en te weinig wind om te zeilen. We ankeren in Port Stretto, een  stil baaitje waar maar een paar huisjes staan.  Er lopen heel veel geiten en het lijkt wel een concert van klingelende bellen. Na het pittoreske Lipsi valt Arki een beetje tegen, we gaan dan ook de volgende ochtend verder naar Pythagoreon dat aan de zuidoostkant van Samos ligt.  We motorzeilen en gooien een vislijn uit. Bij het naderen van Samos begint Wim de vislijn binnen te halen als plotseling een zwerm meeuwen massaal op het nepvisje duikt. Er raakt er een in verstrikt en het is een hele toestand om de haken eruit te krijgen. Voorlopig hebben we het even gehad met vissen.
Als we in de namiddag de haven van Pythagorion invaren vertrekt er net een jacht aan de kade en hebben we geluk dat er plaats is om af te meren. Het is een levendige, gezellige plek direct aan het terras van twee cafés. Ze zijn tot drie uur in de ochtend open, dus het wordt slapen met oordoppen in. Het voordeel is dat we wifi hebben van de bars en vanaf de boot tv kunnen kijken en de openingswedstrijd van Brazilië kunnen zien. Met een auto verkennen we het eiland. Het is in vergelijking met andere Griekse eilanden erg groen en er staat van alles in bloei, wat heerlijk ruikt. Er wordt veel wijn, olijven en citrusvruchten verbouwd. De zoete Samos wijn schijnt beroemd te zijn.




In Platanos, een leuk klein bergdorpje met op het pleintje 3 grote platanen gebruiken we de lunch.




We kronkelen omhoog de bergen in waar we mooie vergezichten hebben. In de namiddag belanden we nog in een heftige onweersbui, het valt met bakken uit de lucht zodat we de auto maar even aan de kant zetten. Terug in de haven blijkt dat het daar gewoon droog is gebleven.

13 juni verlaten we Pythagorion en varen onderlangs Samos naar het eiland Fournoi.


De wind valt over de bergen van Samos en geeft een ruwe zee en vlagerige wind die ook steeds van richting verandert.  De stalen verbinding tussen het roer en de stuurautomaat begeeft het tijdens een windvlaag.  We vinden een aanlegplaats aan een t-pier  in Kladharidhi, een beschutte baai aan de westkant van het eiland Fournoi. Het is een mooie baai met helder water, een leuk strand en een paar huisjes en taverna´s.  




´s Ochtends wandelen we naar de hoofdplaats  van het eilandje waar we Dimitri ontmoeten. Op onze vraag of hij iemand weet die kan lassen is hij zo aardig om Wim ´s middags  even heen en weer te varen van ons baaitje naar de hoofdstad van het eiland om iemand te vinden die het onderdeel weer aan elkaar last. Een uurtje later is de klus geklaard. De lasser wou er niks voor hebben, Dimitri een fooi en een paar biertjes bij de strandbar. Iedereen weer blij.





Fournoi is een parel in zee, maar het kan er erg waaien. We hadden nog wel een dagje langer gebleven maar de wind is gunstig om verder te gaan richting het Noorden. Vroeg in de ochtend vertrekken we  voor een tocht van 43 mijl naar Chios. We zeilen voor de wind met de kluiver (voorzeil) uitgeboomd over de andere boeg. Het gaat heerlijk maar langzaam neemt de wind af en moet toch de motor weer bij. We ankeren in Emborios, een kleine smalle baai. Aan de kant ligt het onder water bezaaid met keien. Er liggen al twee jachten en om vrij te ankeren is geen ruimte. Het is even zoeken, maar uiteindelijk vinden we een plekje door te ankeren  en achter een lijn naar een boeitje uit te leggen. De bijboot ligt opgevouwen op dek, dus mag Wim de achterlijn uitzwemmen naar het boeitje. 

Emborios is een badplaatsje, voor de nodige boodschappen kunnen we hier niet terecht en verder valt er weinig te beleven. We gaan dan ook de volgende dag verder noordwaarts. We lopen het haventje Ermioni aan, maar hier is geen plaats voor ons, uiteindelijk belanden we in Chios Marina. Chios Marina is een marina die ruim 20 jaar geleden is aangelegd, enkel de betonnen kade is afgemaakt, daarna is het project gestopt.  Het voordeel is dat je er gratis ligt. Supermarkt, bakker ed.  zijn dichtbij en naar de stad is het ruim 20 minuten lopen. Eind van de middag lopen we naar de stad,  die erg chaotisch en druk is. Onderweg passeren we vier oude windmolens en bomen die prachtig staan te bloeien. 




Chios is een studentenstad en de terrasjes zijn goed bezet. We huren hier een auto om het eiland te verkennen.  We rijden de bergen in en bezoeken het Nea Moni klooster. Op deze plek is een icoon gevonden die wonderen zou doen. De icoon bevindt zich nog steeds in de kerk. In 1822 vond er op Chios een gruwelijke massamoord plaats tijdens de vrijheidsstrijd tegen de Turken. Meer dan 25.000 mensen werden gedood en 45.000 afgevoerd als slaaf. In de kapel van het klooster staat een vitrinekast waar de schedels en botten bewaard worden van de slachtoffers van de Turkse slachting die in het klooster hun toevlucht hadden gezocht. 



We rijden verder naar Anavatos wat op een steile rots ligt. Het dorp is opgebouwd uit hetzelfde grijze graniet als de rotsen, zodat het van een afstand slecht zichtbaar was voor piraten. Je ziet het dorp dan ook pas als je er vlakbij bent. Het staat op de monumentenlijst, maar er valt nog heel wat te restaureren.



We rijden verder door de mastiekstreek met de typische middeleeuwse mastiekdorpjes. De dorpen zijn ommuurd en veelal slechts via één toegangspoort toegankelijk. We bezoeken de drie mooiste dorpjes Mesta, Olympi en Pyrgi. In de dorpjes treffen we smalle doolhofstraatjes en boogjes (vótes) over de steegjes zodat de inwoners zich snel en ongezien konden verplaatsen.  In Pyrgi zijn de huizen versierd met zwart-witte geometrische patronen (xistá). Dit is een soort krastechniek.  Op de muren wordt een mengsel van zwart zand, kalk en cement gesmeerd, waarna het oppervlak met witte kalk wordt bedekt. De motieven worden ingekrast waarna de witte kalklaag wordt weggekrast zodat de donkere onderlaag tevoorschijn komt. Zelfs de kerk is helemaal bekrast met xistá.






In dit zuidelijke deel van het eiland wordt mastiek verbouwd. Mastiek is een hars die getapt wordt uit inkepingen in de mastiekboom. Het schijnt alleen op Chios voor te komen. Het wordt voor van alles gebruikt, in kauwgom, snoep, gebak, likeur in vernissen en cosmetica. We eten mastiekijs, proeven mastiek likeur, krijgen ergens bij de koffie een  mastiekpuddinkje. Het heeft een heel apart smaakje.
Voordat we de auto inleveren slaan we nog even flink wat zware boodschappen in en rijden met de auto tot op de pier bij de boot.

Vanuit  Chios Marina varen we naar Kardhamila, een dorpje dat in het noorden van het eiland ligt. Een wat slaperig plaatsje met opvallend veel leegstaande panden die of geheel verlaten zijn of enkel in de vakantie worden gebruikt. Veel Grieken zijn geëmigreerd en laten het lege pand staan of zijn naar Athene getrokken omdat daar werk is. We horen dat sommigen weer terugkomen indien ze geen werk meer hebben, omdat het leven hier goedkoper is dan in de grote stad, ook komen geëmigreerde Grieken weer terug naar hun geboorteplaats.
We zijn hier het enige jacht en verder is hier ook weinig te beleven, maar dit is een goede uitgangspositie voor de tocht van morgen om met goede wind naar Lesbos te zeilen. 



donderdag 5 juni 2014

Bodrum - Lipsi

26 mei komen we aan in Vathi, een klein dorpje op het Griekse eiland Kalimnos. Het haventje ligt verscholen in een fjordachtige baai en verder landinwaarts ligt het aan een valei omgeven door hoge bergen. De rotsachtige kliffen en kale bergen zijn geliefd om bergbeklimmingstochten te ondernemen.  Het haventje is klein, er liggen wat vissersbootjes en er is een klein werfje. Er ligt nog een ander jacht, een Zwitser die ons helpt met aanleggen.  We liggen ver van de kade omdat er grote keien onder water liggen en moeten met de bijboot naar de kant. Het water is superhelder wat ons verleidt om een nog even te zwemmen om wat af te koelen. Dat laatste lukt aardig want het water is nog erg koud.  





28 mei varen we om de zuidkant van het eiland naar de baai van Vlikhadia. Net buiten Vathi zien we een dolfijn op tegenkoers.



In Vlikhadia zijn we het enige zeiljacht en hebben het baaitje voor ons alleen. 



We bezoeken het lokale Sea world museum. In het museum is een grote privéverzameling te zien van opgedoken spullen door de sponsduiker Stavros Valsamidis.  Het is een indrukwekkende verzameling.






We ronden het eiland langs de westkant en gaan naar de havenplaats Lakki op het eiland Leros. Er komt veel wind en we hopen hier te kunnen schuilen. Onderweg zien we een halo om de zon, dat voorspelt niet veel goeds.



We zijn niet de enigen die dit bedacht hebben, de marina is vol maar we vinden nog wel een plekje aan de gemeentelijke kade.


Leros kennen we nog van vorig jaar. Wim haalt de benodigde Griekse stempels bij de havenautoriteiten, de gevreesde nieuwe belasting voor jachten wordt gelukkig nog niet geïnd, de nieuwe belastingwet blijkt niet uitgevoerd te worden omdat het op de Griekse havenkantoren ontbreekt aan computers en pinapparatuur. De verwachte wind en regen komt snel en opeens is iedereen druk met lijnen en anker om vrij van de kade te blijven. Het poeiert een paar uur stevig door waardoor er behoorlijk wat deining ontstaat. In de nacht wordt het weer rustiger en als we ´s ochtends aan dek komen zit alles onder het zand.
Vanuit Leros varen we met een mooi briesje naar het eiland Patmos, waar we aan de kade van het plaatsje Skala een plek  vinden. De StrØmhella komt gezellig naast ons liggen. Deze aluminium Koopmans is de oude Jantine IV en David en Wendy hebben we eerder  in Finike ontmoet.



´s Ochtends gaan we op pad voor een mooie wandeling bergop naar Chora, de vroegere hoofdstad van het eiland Patmos. Halverwege de wandeling naar Chora is de Grot der Openbaringen en de bijbehorende kerk van de heilige Anna. In deze grot heeft Johannes tijdens zijn ballingschap het Bijbelboek Openbaringen geschreven.  In de grot is ondermeer een stenen lessenaar te zien. We mogen hier binnen geen foto´s maken.



 In de Chora staat op de top van de heuvel het klooster  van Johannes, dat met zijn dikke muren en kantelen veel weg heeft van een burcht.





Op het binnenplein van het klooster zijn veel bogen en mozaïekvloeren. In de kerk zijn oude fresco´s te zien en in het museum zijn kostbare juwelen, priestergewaden, relikwieën en boeken te zien.









Het uitzicht over de baai is prachtig.







Het weer is onbestendig en er wordt alweer een harde wind uit het zuidoosten voorspeld. Omdat de haven van Patmos open ligt naar het zuidoosten vertrekken we naar het eiland Lipsi. Onderweg worden we een tijdje achtervolgd door een grote tonijn, we denken een bluefin tonijn. Het is een flinke vis van ruim een meter lang, te groot voor ons vistuig. Hij zwemt dicht achter ons aan vlak onder het wateroppervlak, tikt af en toe het roer aan duikt weer naar beneden en komt dan weer achter ons aan zwemmen.  





In Lipsi ligt het ponton al helemaal vol en vinden we nog een plekje aan de kade.




Lipsi is een klein eilandje, dat met zijn witte huisjes,  blauwe luiken en vele kappelletjes en kerken typisch Grieks aandoet.





Lipsi is het enige dorpje op het eiland met ongeveer 700 inwoners. Het is heuvelachtig en we maken een paar mooie wandelingen.  







We ontmoeten er nog meer Nederlanders die in deze omgeving al jaren rondvaren.  De harde zuidoosten wind is geluwd en na een korte adempauze blaast het nu uit het noordwesten, wat ons noodzaakt de boot naar het ponton te verplaatsen, want we liggen aan lagerwal. Er zijn een paar schepen vertrokken dus er is gelukkig een gaatje voor ons vrijgekomen. De harde wind blijft naar verwachting nog een poosje doorstaan zodat  we hier nog  wel een paar dagen zullen blijven, wat we beslist niet erg vinden.