Alvor – Vilamoura

Vanuit Alvor varen we naar Portimão waar we de eerste nacht voor anker gaan. Portimão wordt door veel cruiseschepen aangedaan en als we wakker worden schuift zo’n drijvend hotel aan ons voorbij.

ankerplaats Portimão

Na het ontbijt varen we naar de jachthaven waar veel Nederlanders liggen die hier in de winter blijven. Bij storm uit het zuiden lig je hier onrustig, de haven vinden we niet zo gezellig en het stadje en winkels zijn niet dichtbij. Portimão heeft een mooi strand, Praia da Rocha. De eerste dag gaan we naar het strand om te lunchen en de boulevard te verkennen. De tweede dag gaan we naar het oude stadsgedeelte. De stad Portimão heeft niet erg veel te bieden. Er is wel een mooi parkje met mooie azulejos die de geschiedenis van Portugal uitbeelden.

De volgende stop is Vilamoura. Onderweg passeren we een prachtige rotskust en op sommige plekken zijn in de rotskust grotten waar een kleine boot geheel in verdwijnt.

Vilamoura is een luxe golfcomplex met veel hotels en appartementen en rondom de jachthaven is het een en al restaurantjes. In de haven liggen vooral veel grote snelle motorboten en wij vallen met ons stalen zeiljacht een beetje uit de toon. Het is inmiddels laagseizoen dus kunnen wij ook even meedoen aan dit decadente geweld.

We blijven hier ruim een week omdat we door twee opeenvolgende stormen niet uit kunnen varen. We liggen 12 kilometer van het vliegveld Faro verwijderd waar in de stormnacht een deel van het dak instort en de ramen van de vluchttoren sneuvelen. Ons schip ligt met dubbele lijnen vast en houdt zich goed.

Het probleem met de boiler blijkt nog niet opgelost. De heetwaterslang knalde weer van de boiler door de hoge druk, het blijkt dat de thermostaat niet afslaat en het overdrukventiel niet werkt. Uiteindelijk hebben we met hulp van Richard de thermostaat en het overdrukventiel vervangen. In een plaatsje direct naast Vilamoura hadden ze precies de juiste onderdelen op voorraad.

thermostaat en overdrukventiel

Nu de eerste herfststormen weer zijn uitgeraasd trekken we weer verder richting de Spaanse grens.

Lagos – Alvor

Na een heerlijk lui weekje Lagos gaan we weer verder op pad. Volgens de Portugezen is het erg warm voor de tijd van het jaar. Overdag is het 25 tot 30 graden. Wij vinden het heerlijk.

Even buiten Lagos horen we de bilgepomp aanslaan. De heetwaterslang van de boiler is gebarsten en het warme water spuit er met kracht uit. We zetten de hydrofoor uit waardoor de lekkage stopt. Nadat we geankerd hebben bij Alvor komt Richard van de St. Raphael poolshoogte nemen en met zijn hulp wordt de slang gerepareerd. Het overdrukventiel heeft door verkalking niet gewerkt en daardoor is de druk in de heetwaterslang te hoog opgelopen. De boiler zit onder het bed dus moet alles eruit om er goed bij te kunnen. De lade die onder het bed zit gebruiken we als opslag voor alle reservefilters voor de motor. Dit is, dachten we, een mooi droge plek om de doosjes te bewaren. Alles is nat geworden en we moeten alle doosjes weggooien. De filters zijn gelukkig nog goed.

Ruim 2 mijl oostelijk van Lagos is een  beschutte ankerplaats bij het vissersplaatsje Alvor. De ingang van de kreek is erg ondiep en slecht bebakend. Bij laag water vallen de zandplaten droog en blijft er een klein geultje over.

Alvor is een levendig plaatsje met veel restaurantjes en kleine winkeltjes. Zephyr ligt hier erg beschut en Wim gaat elke ochtend met de bijboot verse broodjes halen. Er liggen hier opvallend veel Nederlandse boten. Vanaf de haven is een mooie wandelroute uitgezet over houten vlonders langs de schorren en het strand.

Na vijf dagen genieten van deze mooie omgeving halen we het anker op. We zoeken voorzichtig de uitgang van de kreek, bij de groene ton lopen we vast. De geul is verzand en de tonnen liggen niet meer op de goede plaats. Een visser gebaart dat we de ton aan de ‘verkeerde’ kant moeten ronden. Het is opkomend tij en we weten snel weer los te komen en varen naar Portimão.

Lissabon – Lagos

Zaterdag 1 oktober willen we uit Lissabon vertrekken, het weerbericht voorspelt echter een krachtige zuidenwind, dat is uit de verkeerde hoek, dus besluiten we nog een extra dag in Lissabon te blijven.

Zondag’s varen we met een zwakke variabele  wind naar Sesimbra. Sesimbra ligt vlak voorbij Cabo Espichel. De rotskust is hier prachtig en het water is erg helder.

De jachthaven is niet groot maar we kunnen een plaatsje krijgen voorin de haven. Het ruikt er helaas naar de dichtbij gelegen rioolzuivering en als het begint te schemeren worden we verwelkomt door een legertje muggen. We zijn de hele nacht druk bezig met het bestrijden van de muggen en slapen slecht.

’s-Ochtends gaan we nog even naar het plaatsje dat twee kilometer lopen is voor wat boodschappen en vertrekken iets na de middag naar Sines.



Sesimbra

Sines is de laatste haven voor de zuidwest punt van Portugal. Na een mooie zeildag komen we in Sines aan terwijl het donker wordt. De voorhaven is een grote industriehaven, verderop is een kleine jachthaven. We ankeren voor het plaatsje en het kasteel waar de zeevaarder Vasco da Gama is geboren. Ondanks dat de haven enkel open is naar het zuidwesten loopt de noordwesten swell door tot in de haven. Het wordt aldus weer een nacht met weinig slaap. Vroeg in de ochtend vertrekken we op weg naar Cabo de São Vicente, er is bijna geen wind en de motor moet het werk doen.

Cabo de São Vicente

Net voorbij  Cabo de São Vicente gaat de zon prachtig onder.

We twijfelen of we in het donker verder gaan tot Lagos of stoppen in Sagres. De pilot waarschuwt hier voor visnetten en we zijn moe, dus besluiten we te ankeren bij het strand van Sagres. Er staat een kleine deining voor het strand maar het lijkt te doen. Later draait de wind waardoor ons schip dwars op de deining komt te liggen.  Het schip begint dan te rollen en wederom komt er weinig van slapen terecht. Bij het krieken van de dag gaan we anker op en varen de resterende 15 mijl naar Lagos.

Rots Algarve Lagos

De kust voor Lagos is erg mooi, met grillig gekleurde rotsen en grotten. Het krioelt ineens van de kleine bootjes die in en uit varen met toeristen. Na 3 lange dagen op een lege zee is dit gezellig binnenvaren en ook de stad ziet er levendig uit.  

We treffen hier ook weer de Ilja en de Bold Black Bear. Er wordt gelijk een afspraak gemaakt voor een gezellige kaasfondue. We blijven een weekje in Lagos.